Chiyo-ni

chiyoFukuda Chiyo-ni wordt geboren in Matto in 1703 als dochter van een lijstenmaker. Zij begint op haar 7e haiku’s te schrijven en op haar 17e is ze al een populaire haiku dichteres.
Haar leraren waren de leerlingen van Basho geweest en zij blijft trouw aan zijn stijl, al heeft ze wel een eigen geluid ontwikkelt. Haar meest bekende haiku is:

oh! morgenglories!
– mijn emmer is gevangen;
ik vraag om water

Deze haiku is ontstaan nadat Chiyo-ni op een morgen ziet dat de snelgroeiende morgenglories om haar emmer heen groeien. Om de bloemen – die maar een dag bloeien – niet te beschadigen besluit zij om water bij de buren te halen.

Op haar 25e trouwt ze met de bediende van een samurai. Deze overlijdt wanneer ze 26 is en een jaar later overlijdt haar enige zoontje. Een haiku die ze naar aanleiding van het overlijden van haar zoontje schreef is:

tot hoe ver van hier
zou mijn libellenvanger
vandaag zijn gegaan?

Zij is niet opnieuw getrouwd, maar heeft zich gewijd aan het maken van haiku’s. Op haar 52e besluit ze Boeddhistische non te worden.

Andere haiku’s van Chiyo-ni zijn:

zij geeft haar geuren
ook aan de hand, die haar brak,
– pruimebloesemtak

hij raakte haar aan
met de lijn van zijn hengel
de zomermaan zelf

door de rivier slechts
stroomt de duisternis verder:
zóveel vuurvliegen