Ondertitel: Haiku en poëtische reisverhalen
Uitgever: Peeters, Leuven
Uitgegeven in: 1985
ISBN: 90 6831 044 5
Aantal pagina’s: 221
Tekst achterzijde boek:
Haiku heeft zijn vaste plaats verworven in de Westerse literatuur, en naarmate het genre meer burgerrecht krijgt, groeit ook de belangstelling voor de Japanse meesters. Van de klassieken is Bashõ ongetwijfeld de grootste.
Prof. W. Vande Walle geeft, voor de eerste keer in het Nederlands, een getrouwe vertaling van grote delen van Bashõ’s oeuvre. Dat behelsde heel wat meer dan haiku. Zijn reisdagboeken en ook zijn kettingvers komen hier aan bod. Hij toont bovendien aan dat Bashõ put uit een grote poëtische traditie. Zo roept een haiku vaak een tanka op, en zonder de tanka is de haiku een vogel met één vleugel. In die talrijke gevallen heeft de auteur zich de moeite getroost om ook de tanka in vertaling te geven en zo de haiku zijn tweede vleugel, en dan pas blijkt hoe een haiku, die op het eerste gezicht voor ons westerlingen slechts een aardse opmerking leek, toch een verborgen hoogvlieger blijkt te zijn.
De vertalingen worden voorafgegaan door enkele korte essays over Bashõ’s leven, oeuvre en betekenis voor de Japanse literatuur.
Dit boek gaat niet alleen over Bashõ, het geeft een kijk op grote delen van de klassieke Japanse literatuur.