Op het thema van Humor van grof tot subtiel, zoals de humor in haiku, ontstaan bij optekeningen uit de praktijk van Zen-beoefening over bloemen die terugvliegen naar de tak, en het klappen van één hand, leidend naar een klap van de stok van de zenmeester, als de concentratie niet diep genoeg is! De glimlach van de haiku werd in Japan doorontwikkeld door Soin van de Danrin school tot senryu, die even ontsnapte uit het heersende, strakke sociale keurslijf.
Voor deze anthologie onderzochten wij de fontein van geluk, de lach van streekgebonden naar taalgebonden, landelijk in tegenspraak, uit onbegrip en grimlach, als onmogelijk gegrinnik, scheef en soms achter de hand.
Vertaald in zes talen, Nederlands, Frans, Picardisch, Duits en Spaans. Met haiku’s van Nederlanders, Belgen, Fransen, Duitsers, Engelsen, Spanjaarden, Canadezen, etc.
Enkele voorbeelden:
daar is de lente de vogels zingen ’s morgens ’s avonds de burenRita Rosen – Duitsland
trek geen bekken naar me van 0 en 0 – ik spreek geen goudvisDavid Cobb – Engeland
almaar aandikkend, duwen twee pompoenen elkaar van zich wegBart Mesotten – België uit “Boven de wolken” (ed. Pelckmans)
een blikseminslag spieren trekken mondhoeken in standje glimlach Rob Flipse – Nederland