een zacht windje
fluistert door mijn witte haren –
de goudenregen bloeit
Ada Suir (7 mei 1924 – 12 juli 2016)
Heel onverwacht is Ada gestorven.
Lang was zij met haar haiku’s, senryu’s en tanka’s verbonden aan de Haiku Kring Nederland en een aantal haikukernen.
Ada leerde de haiku begin jaren ’80 kennen via Wanda Reumer, bij wie zij langere tijd ‘in de leer’ is geweest – ook bij Wanda thuis.
Zij bleef tot op hoge leeftijd een trouw bezoekster van de ontmoetingsdagen van de HKN.
In de 3e bloemlezing “Haiku – Een kleine regenboog” (Uitgeverij Kairos, 1993), waaraan leden van de HKN en het Haikoe-centrum Vlaanderen meededen, schreef zij op bijna 70-jarige leeftijd
vijf witte wolkjes,
een trapje naar de hemel,
ik wacht nog even
Het wachten duurde nog 23 jaar, en daarvoor en in de tussentijd was zij zoveel mogelijk lid van kernen bij haar in de buurt (Amsterdam-Bergen-Amsterdam).
Zij kwam medio 1986 in de Amsterdamse haikukern tot het voorjaar van 1995. Toen zij naar Bergen verhuisde maakte zij ook deel uit van de kern Noord-Kennemerland en was zij eind ‘80 / begin’90er jaren eveneens lid van de Correspondentiekern. Toen deze initiatieven ophielden, was zij vanaf de oprichting in 2001 lid van de kern Zaanstad e.o. tot vorige zomer 2015. Zij werd daarna op de hoogte gehouden van de activiteiten van de kern, zodat ze er toch nog een beetje bij was.
In de enige uitgave van de Amsterdamse kern “Een wesp in de wijn” (1991) publiceerde zij
bij het eerste licht
valt zacht ruisend de regen
nu kan ik slapen
Bij de kern Noord-Kennemerland was dat in 1990 in “Overal pluisjes…”
ik spit in de tuin
mijn muizenissen onder
donkere aarde
Hieraan vooraf schrijft zij “de kleine gedichten geven aan waarmee ik bezig ben en hoe daarbij mijn gevoelens zijn”.
Deze manier van schrijven loopt als een rode draad door haar hele oeuvre en komt nog beter tot uiting in haar persoonlijke uitgave “Twinkelingen” in 2011.
In het laatste bundeltje “Lichtstralen” (herfst 2013) van de Zaanse kern
de lentewind danst
langs de strak blauwe lucht,
en door mijn haren
Voor alle uitgaven van deze kern verzorgde zij ook de illustraties in de stijl van Sumi-e.
Zoals gezegd verscheen in 2011 bij de Uitgeverij Boekscout.nl haar – ik zou haast zeggen – haikubiografie “Twinkelingen”. Ada stelde de bundel samen met behulp van Eveline Rutgers; later werd ze geholpen door haar beide dochters.
Naast de hierin opgenomen klassieke jaargetijden en senryu is een verrassend onderdeel “De Zee”, waarmee Ada een innige verbinding had
de zee spoelt aan
laat wat schelpen achter
en trekt zich terug
Uit “De Zee” is in haar overlijdensbericht ook een van haar tanka’s opgenomen
een smalle streep blauw
tussen inktzwarte wolken
en de duinen –
tussen mijn perikelen
twinkelen lichtpuntjes
Ada, een opmerkelijk waarneemster van haar buiten- en haar binnenwereld, is ons, zoals ik al in het begin van mijn terugblik zei, toch nog plotseling ontglipt, maar
vergeetmenietjes –
je kunt ze niet vergeten
ze bloeien overal
Juli 2016
Loeke Groenendal
Haikukern Zaanstad e.o.
ex – Haikukern Amsterdam